Fijn als er tijdens een presentatie eens een stijlfiguur wordt gebruikt waar je lekker op kunt kauwen. De projectleidster voor het actieplan Nederland Open In Verbinding stelde onlangs dat het concept ‘open standaard’ eigenlijk een tautologie is. Een standaard kan alleen bestaan als hij open is en geïnteresseerden er vrij op kunnen aansluiten en daarom is ‘open’ een aandikking van wat we allang van ‘standaard’ weten. Een tautologie dus of – beter nog – een heus pleonasme.
Als we ons echter eens even niet laten afleiden door de vloeiende taalbeheersing van deze projectleidster, valt er nog wel wat af te dingen op de stelling. Zo zijn er veel de facto standaards die eenzijdig over ons worden afgeroepen, eenvoudigweg omdat de betrokken leverancier nagenoeg de hele markt in handen heeft. Windows is een voor de hand liggend voorbeeld, maar evenzeer Adobe’s PDF standaard. Gepubliceerd en beschikbaar: jazeker. Open voor iedereen ter verdere verbetering: verre van.
Nog interessanter wordt het als we de praktijk van open standaards bekijken. Nu de ISO – onder begeleiding van emotioneel gekrakeel over het gevolgde proces – Microsoft’s OOXML als een standaard voor kantoordocumenten heeft erkend, ontstaat een verwarrende situatie. Er is immers al het vergelijkbare ODF. We kunnen dus kiezen. En waar het actieplan Nederland Open In Verbinding tot nu toe ODF verplicht stelt, ontstaan de eerste glimpjes van twijfel. Onze welbespraakte projectleidster vertelde dat diverse overheidsorganisaties al hadden geopperd om OOXML dan ook maar toe te staan.
Twee elkaar nagenoeg volmaakt overlappende open standaards dus. Daar ken ik ook wel een stijlfiguur voor: de goede oude contradictie.
Horen we daar op de achtergrond alweer het astmatische gehijg van een doorgedraaide consensuscultuur? Toch een beetje het weke punt van onze nationale stijl van bedrijfsvoering. En zeker niet alleen binnen de Overheid: veel grote, complexe bedrijven kampen met hetzelfde gebrek aan onderlinge samenwerking. Je probeert standaards af te spreken om de situatie vlot te trekken, maar er zijn altijd wel groepen te vinden met andere ideeën, tegengestelde belangen of simpelweg tegenzin om de poorten te openen voor de rest van het bedrijf. Er hoeven dan maar een paar onderlippen te trillen, of er wordt een nieuwe overlegronde ingelast. Vertraging of afgelasting is het gevolg.
De oplossing ligt in een tikje dikker aangezet leiderschap. Nét wat nadrukkelijker keuzes maken en er compromisloos achter staan, het maakt vaak al het beslissende verschil. Niet dat het eenvoudig is. ‘Er zijn landen waar directiever wordt gestuurd dan in Nederland’ merkte de spreekster op. Ja hoor, nog een tautologie.
Gepubliceerd in IT Executive, 30 april 2008