donderdag, oktober 30, 2008

IT EXecutive column: Samen Jodelen

Samen jodelen

De mist uit de Alpen heeft als een wollen deken bezit genomen van München. In zo’n verstild, oranjegeel herfsttafereel aan standaards werken met The Open Group, daarvan raak je vanzelf in melancholische sferen. Opeens ben je aan het kauwen op de manier waarop standaards zich in de loop van de tijd hebben ontwikkeld.

Een consortium als The Open Group werd ooit opgericht om de informatie-uitwisseling binnen een organisatie en tussen organisaties te verbeteren. Dat gebeurde onder de noemer ‘boundaryless information flow’ (waar overigens een fraai, toepasselijk germanisme inzit, maar dan vertaald naar het Engels). In de beginjaren lag het accent sterk op technische standaards. Als we nu allemaal dezelfde versie van het besturingssysteem zouden gebruiken – of dezelfde protocollen voor gegevenstransport – `dan zou vanzelf de aandrang tot samenwerking ontstaan. Een verfrissend naïef wereldbeeld dat goed paste bij de rubberen zolen van de bebaarde techneuten die de standaards creëerden.

Later kwam het besef dat de semantiek veel belangijker is dan het leidingwerk: je kunt wel vlot informatie uitwisselen, maar als je elkaars concepten en terminologie niet deelt resteert hersenloos gekakel. Ook ontstond steeds meer belangstelling voor gedeelde methoden en werkwijzen. Het is tekenend dat de grootste groei van het consortium de laatste paar jaar heeft plaatsgevonden rond TOGAF (The Open Group Architectural Framework). Dat is een methodisch raamwerk voor het creëren van bedrijfs- en it-architecturen dat ook veel wijze lessen bevat over hoe je een organisatie rijp maakt voor het werken onder architectuur. Niet helemaal meer in dezelfde divisie als het beschrijven van een setje API’s.

Het meest recent zijn de ontwikkelingen rond professionele certificering: er ontstaan wereldwijde standaards waarin de rollen, competenties en benodigde ervaring in het it-vakgebied worden beschreven. En daarmee wordt opnieuw een belangrijke stap voorwaarts gezet. Je kunt nog zo mooi technische protocolletjes en interfaces hebben afgesproken, eenduidigheid hebben bereikt over semantiek en inhoud en zelfs met zijn allen een uniforme werkwijze volgen, als de betrokken individuen niet vergelijkbare niveaus hebben, wordt niets bereikt. Alsof je een kleuterklas loslaat in een ISO 9000 gecertificeerde fabriekshal. En ga nu maar lekker samen auto’s produceren, jongens en meisjes.

Het zijn duidelijk onderscheidbare stappen naar meer volwassen samenwerking. En elke organisatie kan zijn eigen stadium van standaardisatie eraan spiegelen.

In München hebben we ondertussen een avond gehad met typisch Beiers vermaak. Veel lederhosen, gejodel en dijengeklets. Sommige zaken moeten misschien maar niet wereldwijd worden gestandaardiseerd, denk je dan onwillekeurig.

Gepubliceerd in IT Executive, 29 oktober 2008

zaterdag, oktober 11, 2008

Software Release Magazine column: Slow IT

Ik mocht een een praatje houden op JavaZone: een congres in Oslo dat jaarlijks 2400 software engineers trekt. Wat u zegt, niet helemaal een gelukkig geval van typecasting. Ik heb me in het verleden nog wel eens licht kritisch uitgelaten over Java, hoewel ik moet toegeven dat het altijd een kwestie van spijkers op laag water zoeken was. Met uitzondering misschien van de bizarre complexiteit van de taal, de lage productiviteit en de semicriminele toeren die ontwikkelaars elke dag weer uithalen om hun dolgedraaide objectgeoriënteerde ideetjes af te beelden op een database. Maar dat zijn details, laten we eerlijk zijn.

En gelukkig viel er heel wat meer te genieten dan geklets over een programmeertaal. Er waren zoveel sessies dat de organisatie zes grote schermen in de centrale hal had geplaatst. Zo kon je tegelijkertijd alle spreekbeurten in de zaaltjes volgen. En met speciale Overflow Headphones kon je steeds wisselen van audiokanaal. Het is veelzeggend dat veel congresbezoekers er de voorkeur aan gaven de hele dag te blijven zitten in de hal, rusteloos zappend op zoek naar interessante fragmenten in de sessies.

Heel passend eigenlijk. Veel voordrachten stonden in het teken van agile systeemontwikkeling en zo’n beetje alle beroemdheden uit het vakgebied waren er. Dat leidde tot het ondertussen overbekende gepreek voor eigen parochie in een gelijkhebberig ons-kent-ons sfeertje. Op een gegeven ogenblik merk je dat het je gaat tegenstaan, al die intergalactisch gecertificeerde, 7e dan Scrum masters. Allemaal de mond vol over hoe het nog sneller, interactiever en in nog kortere cycli kan. En hoe de eindgebruikers zich steeds weer blij verrast zullen werpen op de zoveelste daily build.

Hoe weten ze dat eigenlijk zo goed? Zonder uitzondering lieve, vriendelijke mensen, die agile guru’s. Maar de meesten maken toch de indruk dodelijk verlegen te zijn en op zijn minst te lijden aan pleinvrees, dagdromerij en wereldvreemdheid. Ik vraag me af hoe vaak ze in het wild met echte gebruikers te maken hebben.

Al die flexibiliteit en interactie, het wil de laatste tijd wel eens een tikje kortademig aanvoelen. Op het Internet werken we ons googlend en klikkend door een reeks van nieuwsbronnen heen. Een filmpje hier, een blog-item daar: als het meer dan twee minuten kost, raken we afgeleid. Die hijgerigheid slaat ook neer op onze aanpak van systeemontwikkeling. Niet te lang met je gebruikers praten over specificaties, want die zijn toch nog niet helder. Maak eerst maar eens iets werkends, dan komen we er later wel weer op terug. In een workshop of zo. Niet te diep in je ontwerp opgaan, je kunt in een volgend stadium altijd weer terugvallen op refactoring.

Ik zie nog steeds grote voordelen in een iteratieve benadering en intensieve gebruikersparticipatie. Maar het ruikt onmiskenbaar naar politieke correctheid in agile kringen en de balans is zoek. Tijd voor een tegenbeweging. Laten we weer eens wat vaker bewust de tijd nemen om de essentie van het beoogde systeem tot ons te laten doordringen en te begrijpen wat onze gebruikers nodig hebben. We kunnen veel leren van de principes van Slow Food: een onder koks populaire stroming die ervan uitgaat dat goed eten een kwestie is van geduld, rijping en toewijding. Gewoon drie dagen rundvlees op 57 graden laten sudderen in een Grieks herderspotje. Dat is nog eens wat anders dan een zootje ingrediënten door elkaar mikken in een wok.

Van een echt goed, doortimmerd databaseontwerp heb je decennia lang plezier. En het getuigt van respect naar de gebruikersorganisatie om zorgvuldig aandacht te besteden aan het doorvoelen van de vraagstelling voordat er specificaties worden gekrast.

Slow IT. Het vakgebied is er gereed voor. Nu nog een keer een uur vinden om het concept verder uit te werken.

Gepubliceerd in Software Release Magazine oktober 2008; korte, bewerkte versie verscheen eerder in IT Executive.

woensdag, oktober 08, 2008

Depression

I am probably wrong, but somehow I have this feeling of crisis hanging in the air. Do not ask me how I know, it is just this very well-developed sensitivity for what is happening in the market. On top of that, it is autumn in the part of the world I live in. Brown and yellow leaves are swirling all around while a clammy wind blows through the deserted streets. Looks like everybody has spontaneously become depressed. Especially at IT departments, the gloomy mood seems to be all over the place. Finally you managed to create that innovation plan, next thing you know it is mothballed. Projects are stopped in total panic. Drawers are opened and spreadsheets appear that still look unpleasantly familiar. Only the head of Procurement strides through the building with a newly found élan.

Light therapy for everyone and pass the Prozac jar please.

Or could the situation be different this time?

It sounds utterly cynical, but we should not be surprised if the current misery leads to a pile of new IT work. The Government is clearly back at the wheel in many places and the public opinion just won’t tolerate even the slightest suggestion of misconduct in business. Rules and regulation will be tighter than ever. It means more risk management, more reporting and in general a call for total transparency. All of these areas obviously depend on enabling information systems.

Also, more organizations are bound to split or merge (if necessary repeated in random order) and this will require extensive support through enterprise architecture, standardization and carefully crafted integration solutions. Indeed, a lousy economy may spur the demand for certain categories of IT professionals.

Apart from all that, the average project portfolio nowadays looks a lot healthier than a few years ago. Thanks to the previous recession in which only rock-solid business cases survived and all frivolous indulgence was cut away.

And why choose that defensive approach in the first place? We live in a time in which millions literally melt away by the minute. Yet another round of marginal cost savings would almost feel, well, insignificant. A bit like the little mouse that tries not to stamp, because it fears it will destroy the rope bridge. Together with the elephant.

We’d better look for new applications that will enable the organisation to grow, for example by producing more effectively (see also Andy’s blog-piece on this), winning new clients and entering yet unexplored markets. There are many exciting technology areas that can help us turn the tide.

Breaking new grounds, there is no better remedy against depression. Let the autumn come.

First published on Capgemini's CTO blog

zaterdag, oktober 04, 2008

IT Executive column: Slow IT

Onlangs plaatste NRC Handelsblad een paginagroot artikel over aandacht. Of liever gezegd: over het ontbreken daarvan. Ik herkende de problematiek wel. Alleen al omdat het me uren kostte om dat artikel uit te lezen. De Blackberry trilde aan mijn broekriem. Op de tafel produceerde mijn laptop elke minuut vers wereldnieuws. Aan de piepjes te horen wilde er bovendien iemand met me MSN'en (nog een geluk dat ik Skype had uitgezet en door een kortstondige visionaire bevlieging nog geen iPhone had gekocht).

Al die flexibiliteit en interactie, het voelt de laatste tijd inderdaad nogal kortademig aan. Op internet werken we ons googlend en klikkend door een reeks van informatiebronnen heen. Een filmpje hier, een blogitem daar: als het meer dan twee minuten kost, raken we afgeleid of verveeld. Die hijgerigheid slaat ook neer op de manier waarop we met IT omgaan.

Kijk alleen al eens naar de grote populariteit van agile systeemontwikkeling: IT voor de ADHD-generatie. Niet te lang met je gebruikers praten over specificaties, want die zijn toch nog niet helder. Maak nou eerst maar eens iets werkends, dan komen we er later wel weer op terug. In een workshop of zo. IT-strategie spreek je even snel door op de hei. Kan mooi tussen het kringgesprek en het vlotbouwen in. Architectuur? Als we een keer tijd over hebben. Niet nu, want de korte termijn vliegt ons naar de keel. Recent sprak ik nog een cio die toegaf veel meer tijd te moeten nemen voor het opruimen van zijn it-huishouding: "maar dat kan niet, want mijn it-huishouding is zo'n rommeltje".

Voor alle duidelijkheid: een kortcyclische benadering heeft grote voordelen en niets geeft meer energie dan snelle resultaten. Maar gejaagdheid is politiek correct geworden. En dan is het tijd voor een tegenbeweging. We moeten weer vaker bewust de tijd nemen om de essentie van de beoogde oplossingen te doorvoelen. Het getuigt van respect naar onze gebruikers als we onze onverdeelde aandacht geven aan het begrijpen van hun behoeften. We kunnen veel leren van de principes van Slow Cooking: een onder koks populaire stroming die ervan uitgaat dat goed eten een kwestie is van geduld, rijping en toewijding. Gewoon drie dagen rundvlees op 57 graden laten sudderen in een Grieks herderspotje. Dat is nog eens wat anders dan een zootje ingrediënten door elkaar mikken in een wok.

Slow IT. De tijd is er rijp voor. Nu nog een keer een uur vinden om het concept verder uit te werken.

Gepubliceerd in IT Executive, woensdag 1 oktober

woensdag, oktober 01, 2008

Silo Considered Harmful

De bewerkte, Engelstalige versie van mijn eerdere column over de demonisering van silo's: hier op Capgemini's CTO blog.