Door een wonderlijk toeval belandde ik onlangs op de behandeltafel van Ted Troost. Menigeen kent hem nog: hij behandelde vroeger profvoetballers. Die kregen steevast vleugels op het veld. Of ze verlieten hun vrouw voor een jonger, blonder exemplaar. Nu richt hij zich op het zakenleven. Als lid van een groepje ben ik vandaag aan de beurt. We zitten op een voorjaarsmiddag in een hotel om de haptonoom heen en luisteren naar zijn introductie.
Ik waag er wat slimme kwinkslagen aan maar Troost kijkt achteloos door me heen. “Aha, meneer speelt graag taalspelletjes”. Hij stelt het bijna vermoeid vast.
Ik mag gaan liggen.
Met handen als kolenschoppen prikt hij in mijn zij. Ik vlieg een meter de lucht in. Dan laat hij me in gedachten een verbinding maken met hem en daarna met de anderen. Moeilijk uit te leggen hoe dat werkt, maar ik merk niets meer van zijn prikken. “Niet denken maar voelen”, mompelt Troost. “Gewoon ZIJN”.
Dat zet me aan het denken. Het zijn warrige tijden. Bij veel organisaties zit het bloed aan de muur en staat de it-afdeling onder druk. Dat brengt ook cio’s in mijmerende buien van zelfbespiegeling. Als je gewoon moet ZIJN, want BEN je dan eigenlijk?
Tel je mee als je – net als bij de echte afdelingen – mee mag doen aan de bezuinigingsrondes? Of is dat een teken dat je definitief de verbinding kwijt bent met wat je eigenlijk werd geacht te doen met IT?
Ik heb de laatste tijd meerdere malen cio’s meegemaakt wiens mond open viel bij de suggestie dat je met IT elders in de bedrijfsvoering kosten kan besparen of de effectiviteit kan verhogen. Klonk als een vage echo uit een ver verleden. Een tijd waarin achter het nu belegen woord ‘automatisering’ nog een wereld van potentieel lag. Veel it-afdelingen leiden ondertussen een autonoom bestaan, gesmeerd door een eigen budget dat allang niet meer gekoppeld is aan de effecten op de bedrijfsvoering. Een lastig, jaarlijkse terugkomend ongemak voor de rest van de organisatie.
Van de weeromstuit gedoogd, een beetje zoals dat met maartse buien gebeurt. En de cio? Die is warempel in het eigen bestaansrecht gaan geloven of schikt zich in de gemarginaliseerde positie. En dan is het een lange weg terug naar waar het oorspronkelijk allemaal om ging.
Troost is ondertussen opgehouden met de behandeling en vraagt waaraan ik denk. “Aan niets”, antwoord ik maar. “Helemaal niets”.
Gewoon ZIJN.
Ik waag er wat slimme kwinkslagen aan maar Troost kijkt achteloos door me heen. “Aha, meneer speelt graag taalspelletjes”. Hij stelt het bijna vermoeid vast.
Ik mag gaan liggen.
Met handen als kolenschoppen prikt hij in mijn zij. Ik vlieg een meter de lucht in. Dan laat hij me in gedachten een verbinding maken met hem en daarna met de anderen. Moeilijk uit te leggen hoe dat werkt, maar ik merk niets meer van zijn prikken. “Niet denken maar voelen”, mompelt Troost. “Gewoon ZIJN”.
Dat zet me aan het denken. Het zijn warrige tijden. Bij veel organisaties zit het bloed aan de muur en staat de it-afdeling onder druk. Dat brengt ook cio’s in mijmerende buien van zelfbespiegeling. Als je gewoon moet ZIJN, want BEN je dan eigenlijk?
Tel je mee als je – net als bij de echte afdelingen – mee mag doen aan de bezuinigingsrondes? Of is dat een teken dat je definitief de verbinding kwijt bent met wat je eigenlijk werd geacht te doen met IT?
Ik heb de laatste tijd meerdere malen cio’s meegemaakt wiens mond open viel bij de suggestie dat je met IT elders in de bedrijfsvoering kosten kan besparen of de effectiviteit kan verhogen. Klonk als een vage echo uit een ver verleden. Een tijd waarin achter het nu belegen woord ‘automatisering’ nog een wereld van potentieel lag. Veel it-afdelingen leiden ondertussen een autonoom bestaan, gesmeerd door een eigen budget dat allang niet meer gekoppeld is aan de effecten op de bedrijfsvoering. Een lastig, jaarlijkse terugkomend ongemak voor de rest van de organisatie.
Van de weeromstuit gedoogd, een beetje zoals dat met maartse buien gebeurt. En de cio? Die is warempel in het eigen bestaansrecht gaan geloven of schikt zich in de gemarginaliseerde positie. En dan is het een lange weg terug naar waar het oorspronkelijk allemaal om ging.
Troost is ondertussen opgehouden met de behandeling en vraagt waaraan ik denk. “Aan niets”, antwoord ik maar. “Helemaal niets”.
Gewoon ZIJN.
Te publiceren in IT Executive, 8 april 2009
Geen opmerkingen:
Een reactie posten