In hetzelfde muffe gymlokaal waarin ik een eeuw geleden mijn Atheneumdiploma kreeg uitgereikt zat ik onlangs weer, deze keer voor mijn afstuderende dochter. Er blijkt geen steek veranderd. Goed, de jonge leraar Nederlands van toentertijd is ondertussen rector geworden. En onze wulpse juf Engels heeft zich ontpopt tot een bijna gepensioneerde, zorgzame moederkloek. Maar verder verloopt de diplomaceremonie nog steeds volgens hetzelfde stramien, waarin elke leerling een boodschap meekrijgt van de studiebegeleider, overigens nu ondersteund door de onvermijdelijke Powerpointpresentatie. Interessant is dat steeds de beoogde vervolgstudie wordt genoemd.
Achtenveertig veelbelovende, energieke en ambitieuze jongeren, allemaal met hun eigen plannen. Een zelfverklarend tijdsbeeld met een hoop geneeskunde, industrieel ontwerp en internationale politicologie. Maar ook met de toneelschool, milieuwetenschappen en landschapsarchitectuur. Alles kom je eigenlijk wel tegen.
Behalve informatica.
Ondanks het hoge bètagehalte blijkt geen enkele leerling zelfs maar de geringste aandrang te vertonen om te gaan studeren op software engineering of informatietechnologie. Ook bestuurlijke informatiekunde - klinkt toch al een stuk minder intimiderend - kan op geen genade rekenen. Een korte, ter plekke geïmproviseerde interviewronde in de gymzaal levert naast diepe afkeer (‘mijn vader zit al in de ict') en vooroordelen (‘allemaal nerds daar' ) een enkel nieuw inzicht op.
Zo worden de lessen ‘ ict' veel als boosdoener opgevoerd: als het vak blijkbaar zó saai en triviaal is - niet zelden wordt de leraar de les gelezen door de leerlingen - dan leidt dat tot een triest carrièreperspectief. Kun je net zo goed gelijk rechten gaan studeren.
Als we het werkelijk belangrijk vinden om in Nederland straks genoeg opgeleide it-specialisten te hebben, moeten we de zaken dus misschien juist in het voortgezet onderwijs al serieuzer aanpakken. En dat het kan, heeft uitgerekend mijn eigen lyceum in het verleden bewezen. Wij kregen informaticales van een jonge, bevlogen docent die ons leerde hoe we met ponskaarten een DEC PDP-8 konden programmeren. Uiteindelijk liet hij ons een simulatie van de maanlander schrijven in Basic. Toen een teletype ratelend verslag begon te doen van de eerste virtuele landing pompte bij ons allen de adrenaline door de aderen. Uiteindelijk zou ik informaticastudent worden.
Hoe dan ook, de leergang 2008 is voorgoed verloren voor het vakgebied. Bij de uitgang krijgen we een jaarboek mee waarin alle afstudeerders een eigen tekst hebben geschreven. Sommigen houden het bij clichématige bedankjes en herinneringen aan de schooluitjes. Anderen wijden er uitgebreide, bespiegelende epistels aan. Ene Dennis houdt het kort en bondig: "Hallo School! Doei School".
Daar zit in ieder geval geen consultant in, denk ik dan maar.
Gepubliceerd in IT Executive, 9 juli 2008
donderdag, juli 10, 2008
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten