zondag, februari 25, 2007

Virale Jan

Ik doe uiteraard geen enkele politieke uitspraak op dit weblog maar laat ik het zo zeggen: ik vind het virale filmpje van de SP een stuk beter dan het partijprogramma. Slim gedaan en zo. Toch kijk en luister ik veel liever naar Femke. Maar het zou inderdaad een stuk overtuigender zijn als ze zou beginnen met 'Hallo Ron, ik ben Femke Halsema...".

woensdag, februari 21, 2007

Eyeballs

Voor de liefhebbers hier dan de kromme, Engelstalige versie van mijn eerdere item over het oogbaleffect. Uiteraard op Capgemini's CTO blog.

Femke over de toekomst van Internet!

Gewoon een kwestie van doorvragen, en je krijgt steeds meer te weten van Femke (weet u nog?). Ze heeft zelfs een zeer open standpunt over de toekomst van het Internet waar we allemaal wat van kunnen leren. Kortom, even hier intikken maar: "wat is de toekomst van het Internet?"

Oogballen

Hoe ver gaat de ongebreidelde kracht van crowdsourcing eigenlijk? Een aardige plek om te beginnen is in ieder geval het artikel over dit concept op Wikipedia, goed beschouwd zelf tot stand gekomen via een milde vorm van crowdsourcing. Dat zijn van die momenten dat je oude recursieve programmeurshart weer korstondig voelt kloppen. Gelukkig wijst wikipedia ons op de bekende strenge manier op potentiële definitiefouten: crowdsourcing is niet hetzelfde als Open Source ontwikkeling en de dynamiek van een grote massa anonieme bijdragers kan niet zomaar worden vergeleken met een kleine gemeenschap van vastberaden, doelgerichte individuen. Hoe dan ook, het is de Power of Many – gevoed door het al het fraais van Web 2.0 - die blijkbaar resultaten en innovaties mogelijk maakt die voorheen ondenkbaar waren. De vraag is dan wel hoever de kruik te water gaat voordat hij barst. Of iets prozaïscher: wat is het kantelpunt waar de wet van de grote aantallen zich tegen ons keert en waar meer samenwerking niets meer toevoegt? Van software weten we dat ze beter kan worden naarmate meer ontwikkelaars meekijken. Maar geldt dat ook voor kennis, een boek of een offerte? Of zelfs voor een transformatieproject?

Dat van die software, daar hoeven we alleen maar de klassiekers voor op te slaan. Wie iets meer wil weten over de geheimen achter Open Source heeft al jaren ‘The Cathedral and the Bazaar’ van Eric Raymond onder het nachtkussen liggen (hier het artikel dat de basis vormde voor het latere boek). De ondertitel ‘Musings on Linux and Open Source by an accidental revolutionary’ geeft aardig aan waar het boek over gaat maar doet geen recht aan de kwaliteiten van Raymond, die niet alleen een getalenteerde programmeur is, maar evenzeer een scherp observerende schrijver. Zijn 19 lessen over waarom iets wel of niet werkt in de Open Source-gemeenschap geven een nog steeds ongeëvenaard beeld van de drijfveren achter de Bazaar-stijl van ontwikkelen. Neem bijvoorbeeld les 8: “Given Enough Eyeballs All Bugs Are Shallow”: als er maar genoeg belangstellende ogen meekijken kan geen enkele fout in de software lang verborgen blijven: er is altijd wel iemand die de fout op de juiste manier weet te formuleren en evenzeer zal er altijd iemand zijn (bijna altijd een andere persoon) die de oplossing vindt. Niks bijzonders, als je sociologen moet geloven: Die hebben het al tijden over het Delphi-effect: de gemiddelde opinie van een groep mensen met vergelijkbare kennis (of een gebrek daaraan, dat mag ook) is stukken betrouwbaarder is dan de opinie van een willekeurige persoon uit die groep.

Software wordt dus beter, naarmate er meer ontwikkelaars bij betrokken zijn.

Ziet ernaar uit dat de Mythische Manmaand van Fred Brooks toch nog aan revisie toe is. Aan de andere kant, toen hij zijn (uitstekende) boek schreef had nog nooit iemand van Internet gehoord. En dan kijk je toch iets anders tegen de wereld aan.

Of de genoemde uitgangspunten ook zomaar in de burgermaatschappij werken, zal moeten blijken. Het nodige uitpluiswerk en vooral veel praktische ervaring zijn noodzaak. We stelden net al vast dat Wikipedia een mooie illustratie is van Collective Wisdom: naarmate er meer oogballen meekijken wordt de in Wikipedia opgeslagen kennis actueler, vollediger en consistenter. Verplichte inspiratie voor iedereen die leven probeert te blazen in het kennismanagement van een organisatie. Evenzeer bewijst Amazon’s Mechanical Turk dat er altijd wel iemand te vinden is die een lastige klus kan uitvoeren of een moeilijke vraag kan beantwoorden, als er maar genoeg werkwillige crowd is aangesloten. Dat deze artificial artificial intelligence zich nu nog vooral richt op de meest elementaire vraagstukken ( ‘vind een foto met een paars wolkendek’ of ‘ wie speelt basgitaar in deze song’) lijkt een kwestie van onervarenheid. We kunnen momenteel alleen nog maar speculeren wat er gebeurt als je de verzamelde kennis van 65.000 business- en IT-consultants op dezelfde manier zou bundelen om die ene, complexe vraag van een klant binnen de kortst mogelijke tijd perfect te beantwoorden.

Zijn er dan misschien ook nog gebieden waar overdaad wel degelijk schaadt? Ik wijd er binnen een dag of wat een apart blog-item aan waarin ik wat dieper inga op fenomenen als massa-audities, collectieve offertes en zelfs transformation crowds. Ook verdiepen we ons in een interessant project waarin een miljoen pinguïns een boek proberen te schrijven over Fluffy de kat en over heel veel bananen. Even niet doorvragen nu.

maandag, februari 19, 2007

Is het al Linkse Lente? Vraag het Femke

Terwijl buiten de vogeltjes al wekenlang fluiten, de narcissen alweer uitgebloeid zijn en ik eergisteren mijn eerste wesp moest wegjagen, is wat mij betreft nú pas echt de lente aangebroken. De Linkse Lente, om precies te zijn, want Femke Halsema slaat weer toe. Na haar best wel ludieke actie met de FemFem auto-navigator (werkt alleen als je op electriciteit of oude slaolie rijdt) is er nu een geinig GroenLinks YouTube-achtig dingetje waarin Femke allerlei brandende vragen beantwoordt. Een beetje lame zinsanalyse zit eronder (veel meer dan een paar trefwoorden herkennen zat er blijkbaar niet in op de IT-afdeling van het partijbureau) maar evengoed een vermakelijk initiatief. Ronduit effectief is haar antwoord op vragen waarin GeenStijl wordt genoemd. Maar het beste kun je Femke gewoon om een kusje vragen. Eat your heart out, Marianne Thieme.

zondag, februari 18, 2007

Op weg naar Ubuntu (4)

Gek, je hebt dan het vooralsnog feilloos werkende Ubuntu Linux op een vrije partitie van je laptop geinstalleerd, en dan wil je meer. De Gnome desktop die standaard met Ubuntu wordt meegeleverd vond ik net een beetje te grijs - beetje teveel Windows misschien ook wel - en dus richtte ik het vizier op Kubuntu, een variant op Ubuntu die zich bedient van de KDE dekstop. Ik vond KDE er veelbelovend uitzien: meer 3-dimensionaal, veel minder Windows en overduidelijk geinspireerd door OS X. Ik ben dan met een natte vinger te lijmen, laten we eerlijk zijn. CD gebrand en geinstalleerd op de harde schijf, en dan in de harde praktijk merken dat KDE er inderdaad mooier uitziet, maar zich van veel eigenwijze zaken bedient, waaronder een eigen Internet-browser waarmee je kleine dingetjes zoals het aanmelden bij Blogger of het fatsoenlijk naar binnenhalen van de Flash player niet zomaar doet. Als je dan Firefox probeert te downloaden en je loopt tegen die typische systeemadministratieve dikdoenerij van de Unix-wereld aan (doe het maar via de command line, we nemen verder aan dat je wel weet hoe je een archive in de juiste directory moet extracten en zo) dan komt het floers voor je ogen toch nog onverwacht snel. Nee, niks geduld, begrip hebben, meegaan met de flow. Wegwezen! Nu!

Dus maar weer terug naar dat heerlijk simpele Ubuntu.

Het schijnt trouwens dat er extra software beschikbaar is om Gnome driedimensional op te leuken. Ik kom daar later op terug, in een van van mijn volgende berichten uit Ubuntu.

vrijdag, februari 16, 2007

Zune Zucks (or is that too Zune to say?)

Hee! Craig Ferguson zegt het. Ik heb geen mening.

donderdag, februari 15, 2007

Op weg naar Ubuntu (3)

Lekker overzichtelijk, en wat een fijn, ecologisch wallpaper (zie screenshot van mijn desktop, zojuist gemaakt terwijl ik mijn eerste blog-item via Firefox onder Ubuntu Linux invoer, u weet nog wel hoe het begon?). Leuk van Ubuntu: alles eerst kunnen proberen via de installatie-CD zonder dat je iets op je hard disk doet. Opletten: op de juiste partities installeren en vooral zorgen dat het geen (vrije) Windows-partities zijn; daar moet Ubuntu niets van hebben. Fijn: snel allemaal, zeker ook de 143 automatische updates die in minder dan 10 minuten werden verwerkt; maar zeker ook het strak en fris ogende Open Office dat onder Windows overduidelijk met meer tegenzin draait. Aanrader: demo van de movieplayer in de vorm van een interview met Nelson Mandela. Daarna kun je je alleen nog maar overgeven aan het spirituele Wij Gevoel van Ubuntu. Later meer, als de wittebroodsweken voorbij zijn.

donderdag, februari 08, 2007

77 Million Innovations (english version)

I have to confess I am old enough to vividly remember how Roxy Music made its entry into the pop music scene. It must have been early in the seventies, the steam machine had just been invented and most homes were still lighted by candles. Ceramics teacher Brian Ferry thought the moment was right to create an entirely new band, as an eclectic mix of post-modern noise, absurd and yet semi-literary lyrics, powerhouse glam rock and a totally over-the-top visual presentation.

Now why had nobody thought of that before?

Quite an innovative band, they were and with classics as Virginia Plane and Do the Strand (“It’s the new way, that’s why we say, do the strand”) they shook the fundaments of the establishment. Undoubtedly, the most eye-catching band member was Brian Eno - sort of a 70’s version of Lord of the Rings’ Legolas – who produced the weirdest sounds out of a primeval synthesizer. It’s this same Eno who – 35 years later – has created a spectacular digital work of art that is both a great illustration of the power of mashing up through new technology and, even more important, contains an important innovation lesson: don’t just try to improve or renew what you were already doing, reinvent your fundaments instead. These are the real breakthroughs.

Voor de ware liefhebber de rest hier op Capgemini's CTO blog.

Op weg naar Ubuntu (2)

De weg duurt iets langer dan voorzien. Vooralsnog ben ik nu eerst even op weg naar Oslo. Binnenkort desalniettemin meer.

77 Miljoen Innovaties

Ik ben bang dat ik ondertussen belegen genoeg ben om nog scherp op het netvlies te hebben hoe Roxy Music entree maakte in de popmuziek. Begin jaren ’70 moet het zijn geweest, de stoommachine was net uitgevonden en de meeste steden werden verlicht via gaslantaarns. Het leek onderwijzer Brian Ferry een mooi moment om eens een geheel nieuw soort band uit de grond te stampen, als een soort van eclectische combinatie van postmoderne herrie, absurde doch semi-literaire teksten, lekker dik aangezette glamrock en een totaal over the top visuele presentatie.

Iets wat u en ik ook hadden kunnen verzinnen, ja toch.

Een innovatieve band was het, die met klassiekers als Virginia Plane en Do the Strand (“It’s the new way, that’s why we say, do the strand”) de gevestigde orde stevig opschudde. Het opvallendste bandlid was zonder twijfel Brian Eno- qua uiterlijk een soort van voorloper van LOTR’s Legolas – die de meest vreemde geluiden wist te persen uit een oermodel synthesizer. Het is dezelfde Eno die – 35 jaar na dato – een spectaculair digitaal kunstwerk heeft geproduceerd dat in zijn eentje zowel een prachtige illustratie is van lekker elementair mashuppen als – nog veel belangrijker – een belangrijke les rond innovatie: niet altijd alleen maar proberen te verbeteren wat je altijd al deed; vind in plaats daarvan je uitgangspunten opnieuw uit. Daar krijg je namelijk de echte doorbraken van.

Laat me dit even uitleggen.

Eno’s 77 Million Paintings is eigenlijk een hele grote, virtuele doos van Pandora, vol met handgeschilderde elementen die door een generatief computerprogramma op willekeurige wijze met elkaar worden gecombineerd om vervolgens op het beeldscherm te worden getoverd. Met een slim gebruik van licht en overgangseffecten ontstaat zo een voortdurend veranderend schilderij dat er nooit precies hetzelfde uitziet, zelfs niet als de software 24 uur per dag, 365 dagen per jaar doordraait (met 77 miljoen potentiële permutaties zul je wel niet snel op doublures stuiten). Ook de bijbehorende soundscapes van ijle, ambient klanken klinken nimmer hetzelfde.

Dat over het mashuppen hoef ik waarschijnlijk niet meer uit te leggen: een mooiere illustratie van de bijna oneindige combinatiemogelijkheden die je krijgt door te werken met een verzameling extreem flexibele, onderling te verbinden componenten is moeilijk te vinden. Kan nog wel eens een mooie metaforische hulp zijn voor de eenzame IT’er die maar niet goed voor het voetlicht krijgt hoe dat nou werkt, met die servicegeoriënteerde architecturen en zo.

Evengoed laat Eno ons zien hoe je businessmodellen soms alleen maar op de kop krijgt door radicaal afstand te nemen van voorheen als onwrikbaar beschouwde uitgangspunten. Technologie als breekijzer voor ingrijpende innovaties: als het niet kon zou het IT-vakgebied er een stuk saaier uitzien. Geen asfalt op dat middeleeuwse koeienpad storten, maar compromisloos gebruik durven te maken van nieuwe technologische ontwikkelingen.

Schilderijen blijken dan plotseling te kunnen leven, iets wat de Oude Meesters nooit hebben voorzien. Maar net zo goed blijkt de maandafrekening in het grootboek elke dag gedaan te kunnen worden, blijken terreinen vol magazijnen overbodig en hoeven burgers nooit meer hun belastingaangifte in te voeren. Als je vastgeroeste overtuigingen maar overboord durft te gooien, geïnspireerd door de mogelijkheden van nieuwe technologie.

Zo nu en dan een mentaal anker nodig om deze opwaartse stemming vast te houden? Om 77 Million Paintings te bekijken hoef je niet eens meer naar zo’n avant-gardistische kunstgalerij. Gewoon de DVD bestellen via het Internet, altijd leuk om weer eens zo’n klassiek E-commerce site te bezoeken. Vertoon het programma op een mooie flat display in de workshopruimte en je hebt de hele dag gesprekstof en inspiratie. Doet het gegarandeerd beter dan dat digitale haardvuur of aquarium en je haalt ook nog eens zomaar kunst naar binnen. Of zet het pontificaal in de lobby van het kantoor, om iedereen eraan te herinneren dat de organisatie – als een ware Perpetual Delta – elke minuut weer verandert.

Alles met dank aan Eno, of Brian Peter George St. John le Baptiste de la Salle Eno, zoals hij voluit heet. De neiging tot combineren zit een beetje in de familie, zullen we maar zeggen.